woensdag 25 juni 2008

Wie is de held van Rusland?

De publieke zender van Rusland – Rossija – heeft een verkiezingswedstrijd uitgeschreven. Nu de Doema- en presidentsverkezingen hopelijk weer voor vier jaar achter de rug liggen, is het tijd dat de Rus een keuze maakt voor ‘ de naam van Rusland’. Dit gebeurt door middel van een afvalrees uit 500 historische personen. Uiteindelijk moet de belangrijkste Rus van de vaderlandse geschiedenis in december bekend zijn.

De eerste verkiezingsronde vond plaats op 12 juni- een officiele feestdag genaamd ‘ de dag van Rusland’. Vierhonderdvijftig helden moesten afhaken om plaats te maken voor de longlist van 50 potentiele winnaars. Een van de afvallers was de schilder Ivan K. Ajvazovskij, wiens roemruchtige zeeschiderijen de muren van het Russisch Museum sieren.

Momenteel wordt er op verschillende zenders actief campagne gevoerd voor deze 50 personen, waaronder politici, leiders, componisten, schrijvers en wetenschappers vallen. Elk personage wordt vertegenwoordigd door zijn huidige alterego in respeteivelijk de politiek, kunst en wetenschap. Met het doel om de aandacht te vestigen op en meer bekendheid te creeren van historische gebeurtenissen en belangrijke persoonlijkheden.

Op 1 september zal de tweederonde plaatsvinden, waarna er vervolgens een short list van 12 personages overblijft. Aan elk van hen zal een programma geweid worden. De voorlopige prognose is dat Peter de Grote (stichter van Sint Petersburg) de eerste plaats verovert, op de voet gevolgd door Aleksandr Poesjkin (Peterburgerse dichter o.a. van de Bronzen Ruiter). Als derde staat voorlopig de generalissimo Stalin. Tegelijkertijd is er een onderzoek uitgevoerd door een onderzoeksbureau per leeftijdscatergorie. Wat ik erg grappig vond is dat ik tot de Poetingeneratie zou behoren, mensen uit 1970 tot de Gorbatsjevgeneratie, 1950 behoort tot de Gagaringeneratie (eerste astronaut) en de laatste categorie is voor mensen uit 1928- 1935. Zij zijn ‘de Stalin en alleroudste generatie’. Wat me opvalt is dat de communistische leiders het over het algemeen een stuk beter doen dan de vorsten van voor Peter de Grote. Schrijvers en dichter scoren beter onder de jonge generatie. En er staan behoorlijk wat bevelhebbers/ veldmaarschalken in het rijtje.

Wie zou ik op nr. 1 zetten? Tot mijn spijt moet ik bekennen dat ik niet alle 50 genomineerden ken. En eigenlijk vind ik het ookwel een moeilijke vaag om met een goed onderbouwd antwoord te komen. Allen hebben iets voor de ontwikkeling van Rusland betekend, niet allen voor de ontwikkeling van de mensheid. Toch sluit ik me aan bij het merendeel van de Russen. Ookal was Peter de Grote een hardvochtige vorst, heeft de verwezenlijking van zijn utopie vele mensenoffers gekost, hield hij er vreemde hobbies op na, zonder hem was er geen Sint Petersburg. Hij heeft de koers van Rusland drastisch veranderd. Zonder hem zou Rusland misschien meer Azisch geworden zijn. Zonder hem geen Petersburgse verhalen, zouden de verhalen van Poesjkin en Doestojesvki niet zijn wat ze zijn. Zonder zijn Sint Petersburg, zou ik er misschien wel niet zijn. Ik weet niet wat ik in Rusland te zoeken zou hebben, als er geen Sint Petersburg bestond.

Ik meen mij te herinneren dat er ook een dergelijke wedstijd heeft plaatsgevonden in Nederland. Helaas kan ik deze niet gebruiken als vergelijkingsmateriaal, aangezien de Nederlandse variant geheel aan mij voorbij ging. Maar de Russische queeste is zo grootschalig, dat ik niet anders kan dan er notie van nemen. Wat me immers zo aan deze actie opvalt is dat het bijna een jaar overbrugd, vergezeld gaat met verschillende media aandacht en documentaires. Zou dit een vorm van brood en spelen zijn? Om de Rus tevreden en betrokken te houden?

Ik hou u op de hoogte!
Voor een glimp, informatie en gezichten bij de namen neem een kijkje op nameofrussia.ru

zaterdag 21 juni 2008

Call-center

Oeps, nog geen een blog in juni, ik heb dus wat in te halen. Wegens omstandigheden heb ik het grootste gedeelte van juni in Nederland doorgebracht. Maar dit betekent niet dat ik niet in contact was met Rusland. Of preciezer met de Russische taal. De afgelopen drie weken heb ik in een call-center gewerkt op een project in Rusland. Hieronder mijn ervaring als een call-center agent en de reactie van Russische respondenten van Sint Petersburg, Volvograd, en Moskou tot Perm, Samara en zelfs Tsjetsjenië.

De plaats van handeling- een call-center uitkijkend op Rotterdam Centraal. Het eerste waar je op stuit als je naar Rusland belt is het tijdsverschil. Het tweede een cultuurverschil.
Sommige mensen hebben nog nooit van marktonderzoek gehoord.
Sommige zijn al te vaak lastig gevallen.

Het ging om een onderzoek over dagelijkse gewoontes en moest alleen bij mannen worden afgenomen. Het duurde 1, 4 of 20 minuten. Uiteraard afhankelijk van de antwoorden. Van mijn collega’s had ik al begrepen dat het om een routine onderzoek ging, die behoort tot de categorie uitermate saai. En al snel kwam ik daar achter en konden de minuten me niet snel genoeg wegtikken. Vijfhonderd telefoontjes in een shift, 150 keer hetzelfde introductieriedeltje en 15 keer een interview. Zo zag de gemiddelde dag eruit. Dit betekent dat je gaandeweg de meeste tijd besteed aan bellen, en daar dit automatisch door de computer gebeurde, doe je heel veel tijd niets. Aangezien alles verboden is, kun als je geluk hebt wat met je collega’s kletsen. Maar als er bij je collega een ‘Allo’schelt, rest je niets dan nadenken en wegdromen.

En zo begon ik, nadat ik de zoveelste Thalys naar Paris had zien vertrekken, voor me uit te staren. Mijn uitzicht- een telefoon, een computerbeeldscherm en een toetsenbord. Je zou zeggen, behoorlijk inspiratieloos. Maar dit uitzicht zette mij eigenlijk aan om een blog te schrijven. Het viel me namelijk op dat de nummertoetsen van een telefoon en van het toetsenbord niet samenvallen. De telefoon begint links boven met een 1. Wat mij ook het meest logisch lijkt. Daarentegen zit de 1 op het toetsenbord links onderaan, wat ik dan weer een stuk minder logisch vind. Waarom zouden ze daarvoor gekozen hebben?

Maar, terug naar het call- center. Wie kreeg ik zoal aan de telefoon. Vaak waren het vrouwen. Te vaak eenzame vrouwen. Van elke leeftijd, wiens echtgenoot al twintig jaar geleden was overleden of wie al twintig jaar wacht op de prins op het witte paard. De oude babywka’s waren erg aandoenlijk. Eentje was zo blij met mijn telefoontje, dat ik 2 minuten naar geluksbetuigingen mijn kant op heb zitten luisteren om uiteindelijk te horen dat ze nu een hele mooie dag heeft gehad. Andere waren simpelweg onbeschoft en konden alleen maar schelden. Een grappige situatie had ik met een gezin uit Perm. De man was akkoord gegaan met het onderzoek en antwoordde gewillig totdat ik op de achtergrond zijn vrouw begon te horen. Dit was wat de vrouw de man verweet: ‘Zit je nu alweer met een vrouw te praten. Je kunt daar niet genoeg van krijgen, hé, van andere vrouwen. Zolang ik het maar niet ben. Wat moet ik eigenlijk met jou. Als je nu niet ophangt, dan...’Piep piep piep. Ook had ik een man aan de lijn die mij, heel subjectief, de geschiedenis van de Sovjet Unie in notendoop begon te vertellen. En uiteraard waren er de gevallen die me bedreigde, zeiden dat ik iets illegaals deed. Dat ik niet wettelijk aan hun nummer was gekomen en dat ze dit niet pikten. Ik wens mijn collega’s, die nog twee weken door moeten dan ook veel succes toe. Zet nog even door!

.
Morgen vlieg ik weer naar Rusland. Ben benieuwd wat voor sfeer er in het vliegtuig zal hangen na de kwartfinale van vanavond tussen Nederland en Rusland. Ik zit er in elk geval met mijn oranje shirt, slippers en TromPet :).